Boerenkool

Oorspronkelijk komen de bladkolen, waar onze boerenkool er één is, uit het Midden-Oosten. Veel koolsoorten zijn gecultiveerd tot vele verschillende rassen, maar de boerenkool staat nog het dichtst bij de oorspronkelijke, wilde soort. 

De boerenkool en zijn directe wilde voorlopers waren al vroeg bekend, zo is rond 400 voor Christus bij de Grieken al een kroesbladige kool beschreven. Ook bij de Romeinen was de boerenkool al een lekkernij en werd veel gegeten. Boerenkool heeft nadien al snel ook zijn weg naar Noord-Europa gevonden

De boerenkool en zijn directe wilde voorlopers waren al vroeg bekend, zo is rond 400 voor Christus bij de Grieken al een kroesbladige kool beschreven. Ook bij de Romeinen was de boerenkool al een lekkernij en werd veel gegeten. Boerenkool heeft nadien al snel ook zijn weg naar Noord-Europa gevonden.

Kweken van boerenkool

Boerenkool is van alle koolsoorten het gemakkelijkst om te kweken. De boerenkool wordt begin juni op een zaaibed uitgezaaid en ongeveer acht weken later kunnen de plantjes worden uitgeplant. De boerenkool planten dienen ongeveer op 50 centimeter afstand van elkaar staan, zodat de boerenkool voldoende ruimte heeft om zich te ontwikkelen. Het is van belang om de boerenkool in goed bemeste grond te plaatsen. Als het in de zomer heel warm is, is het beter de bodem met stro af te dekken, zodat de bodem niet te heet wordt. Het is van belang om de boerenkool planten niet uit te laten drogen in de zomer, maar geef ze ook zeker niet overvloedig water, dit zal de ontwikkeling van de boerenkool niet ten goede komen en heeft zelfs het risico om de plant te 'verdrinken'. Voor een vollere oogst is het mogelijk om de boerenkool wat bij te mesten. 

Oogsten van boerenkool

Vanaf november kunnen de bladeren van de boerenkool worden geoogst, begin hierbij met de onderste bladeren. Als je voorzichtig bent met de plant kunnen, op de plaatsen waar al geplukt is, weer nieuwe kleinere blaadjes groeien. Zo maak je het mogelijk om meerdere malen van dezelfde plant te oogsten. Aan het einde van het seizoen kan ook de kop van de boerenkool worden geoogst. De boerenkool is het lekkerst als de eerste nachtvorst is geweest. Het aanwezige zetmeel in de bladeren wordt door de nachtvorst omgezet in suikers. Na de oogst wordt boerenkool soms gegeten in de soep, of in de wok bereid, maar uiteraard voonamelijk in de stamppot.

Zaaitabel en plantafstand

10 dagen van zaaien tot kiem, 160 dagen van zaaien tot oogst en een minimum plantafstand van 75 centimeter.

jan	feb	mrt	apr	mei	juni	juli	aug	sep	okt	nov	dec

Ziekten en ongedierte

Koolsoorten zijn gevoelig voor een aantal belagers, zoals witte vlieg, koolvlieg, koolwitje, meeldauw en knolvoet. Door anijsplanten tussen de boerenkool te planten, wordt de koollucht door de anijslucht wat verdoezeld, dit houdt sommige insecten wellicht uit de buurt.

Voedingswaarden per 100 gram

Energie	: 51 kj, 215 kcal	Water	: 86,3 gram
Eiwit	: 4,3 gram	Calcium	: 210 mgram
Koolhydraten	: 5,5 gram	IJzer	: 1,9 mgram
Vet	: 0,9 gram	Vitamine C	: 95 mgram
Vezels	: 2 gram